Wat een plezierige verrassing. De partijen, waar het college van burgemeester en wethouders op rust, vragen datzelfde college om een nieuwe onderbouwing van verschíllende opties voor de verplaatsing van het busstation. Zij menen dat ‘het verstandig is de verschillende opties (..) nogmaals tegen het licht te houden’. Raadsleden constateren dat er sinds 2012 veranderingen zijn geweest in de omstandigheden. Wij vinden het een verstandige motie.
Bij de bespreking van de motie op donderdagavond 7 april bleken ale raadsfracties zich achter het verzoek te scharen. Wij mogen dus verwachten dat deze motie bij de komende raadsvergadering aangenomen wordt. De bedoeling is dat de gemeenteraad dan in september de nieuwe gegevens voorgelegd krijgt. Tot die tijd mogen géén onomkeerbare besluiten genomen worden.
Veranderingen sinds 2012
“Bij de besluitvorming van 2012 gingen wij ervanuit dat de bussen en het HOV voor het LUMC langs zouden vertrekken. In de huidige situatie blijkt dat helemaal niet mogelijk te zijn. Wij zijn van mening dat de inpasbaarheid van de verkeersstromen aan de zeezijde van het station tot op heden nog onderbelicht zijn in de verkenningen.” Gijs Holla (PvdA), één van de indieners, wil geen verwachtingen wekken. “Verplaatsing van het busstation brengt flinke nadelen voor de Rijsnburgerweg en omgeving met zich mee. De vraag is of die nadelen opwegen tegen de nadelen van het busstation aan de stadzijde houden.”
Julian van der Kraats (SP), één van de andere indieners, riep nadrukkelijk op tot creativiteit in het naast elkaar plaatsen van opties. “Het moet niet alleen gaan over Terweepark of niets doen. Kijk bijvoorbeeld ook naar een combinatie van nieuwbouw met het busstation eronder/erin aan de voorzijde van het station.”
Friso Versluijs van de werkgroep Ruimtelijke Ordening Zeezijde was zeer te spreken over de bedoelingen van de raadsleden.