“Ik wist dat jullie de bouwplannen van de gemeente met argusogen en zorgen volgen, maar de mate waarin jullie bezorgd zijn overvalt mij wel. Bij de verdere uitwerking van de plannen moeten we echt met jullie samenwerken.” Zo reageerde wethouder Laudy op de vele vragen en zorgen van tientallen sceptische buurtbewoners van het Houtkwartier tijdens hun bijeenkomst op donderdagavond. Het wijkbestuur was blij dat voor het eerst in jaren een wethouder kwam toelichten waarom de buurt volgebouwd moet worden.
“Als wethouder ben ik bereid om het bouwvolume aan te passen aan de uitkomsten van de nieuwe onderzoeken naar verkeersdruk en wateroverlast. Mits, de gemeenteraad dat goed vindt.” Deze stellingname van wethouder Laudy kan hét twistpunt tussen gemeente en wijk oplossen. “De wijk is niet tegen bouwen in de buurt, als het maar in verhouding staat met bereikbaarheid en veiligheid.” zegt bestuurslid Hans van Dalen. “Wij maken ons zorgen over verkeersdruk op Kagerstraat/Rijnsburgerweg en Boerhaavelaan/Oegstgeesterweg. Wij maken ons zorgen over de veiligheid van ‘onze’ 5.000 scholieren. Wij maken ons zorgen over de waterafvoer bij voortgaande verharding. En natuurlijk betreuren wij de aanslag op het groen in het Agnespark.”
Samen optrekken
Waar de wijk voorheen met dichtgetimmerde plannen werd geconfronteerd wil Laudy nu samen optrekken: “De gemeenteraad heeft ons in maart samen opgedragen nieuwe onderzoeken te doen naar de gevolgen van de bouwplannen voor verkeersdruk en wateroverlast. Ik wil dat gemeente en wijkvereniging sámen de criteria opstellen over wat wordt onderzocht. De ambtenaren zijn zéér betrokken bij de plannen, maar ik erken dat de gemeenteraad natuurlijk niet voor niets óók aan ons gevraagd heeft lessen te trekken uit de participatie met de buurt tot nu toe.”
Sportzalen naar de Kikkerpolder
“Als UVS, BS Leiden en de wijkvereniging zelf kunnen aangeven waar in de Kikkerpolder ruimte is voor alles zes te bouwen gymzalen samen, dan wil ik daar natuurlijk serieus naar kijken. Maar het is aan de gemeenteraad om mij de opdracht te geven het ontwerpbestemmingsplan ervoor aan te passen. Dat leidt tot vertraging en die wil ik niet voor mijn rekening nemen.”